Tag Archief van: Bergen

Mont Aigoual ****
Het indrukwekkende panorama van de Cevennen

De Mont Aigoual is met 1567 meter niet de hoogste top van de Cevennen maar heeft zonder twijfel wel het mooiste uitzicht. Vanaf de top heb je niet alleen zicht op de Cevennen maar kun je bij helder weer de toppen van de Pyreneeën, die van de Alpen en de Cantal zien. Kijk je naar het zuiden dan zie je het prachtige blauw van de Middellandse zee en de vlakte van de Languedoc. Er wordt dan ook wel gezegd dat je vanaf Mont Aigoual een kwart van Frankrijk kan overzien. Dat is misschien een beetje overdreven maar samen met de ruige natuur maakt dit panorama de Mont Aigoual zeer bijzonder.

Mont Aigoual betekent zoiets van waterberg en dat is een goed gekozen naam. Naast dat het op de top relatief veel regent, het is de eerste obstakel die de regenwolken vanaf de Middellandse Zee tegenkomen, is het ook de waterscheiding tussen de Atlantische Oceaan en de Middellandse Zee. Het water dat ten zuiden van de top valt eindigt in de Middellandse Zee, druppels ten noorden van de top worden via de Tarn afgevoerd naar de oceaan.

Mont Aigoual

Rating:

4 van 5 sterren (?)

Zeker zien:

- Tentoonstelling
- Uitzicht vanaf de toren
- Eigenlijk moet je naar de top wandelen

Locatie:

open in maps

Locatie:

Open in maps

Het water valt trouwens niet altijd in vorm van regen maar ook als sneeuw. In de winter kan hier een behoorlijk pak vallen en dat is genoeg om te skiën. Er is dan ook een klein skigebied net onder de top. Langlaufen behoort ook tot de mogelijkheden. Op nog geen honderd kilometer van Montpellier kan je in de winter gewoon lekker skiën. Het is allemaal niet groot, maar het kan toch maar.

Wandelen

Al het water moet natuurlijk weer naar beneden en de hellingen zijn dan ook bezaaid met allerlei stroompjes, beekjes en watervallen. Tel daarbij het dichte woud bij en je hebt een prima wandelgebied. De paden die worden gebruikt door de schapen, de zogenaamde ‘drailles’, zijn hier bijzonder geschikt voor. Er zijn dan ook meerdere routes waarvan ‘Sentier des 4000 Marches‘ de bekendste is. De bergen van De Cevennen zijn misschien de hoogste van Frankrijk, ze zijn wel redelijk steil en dat maken de wandelparcoursen nog redelijk intensief.

Naast wandelen en de auto is de fiets een populaire manier om de berg te beklimmen. Er zijn vier verschillende routes om de top te bereiken waarvan de westelijke de meest uitdagende is; 28,5 kilometer met een gemiddeld stijgingspercentage van 4,3 procent. In de Tour de France is dat goed voor een col van de tweede categorie maar echt vaak komt de wielerronde hier niet. De laatste keer dat de Mont Aigoual was opgenomen in de Tour was in 1987.

Toen wij de top bezochten deden we dat met de auto en wel vanuit het zuiden vanaf Le Vigan. Dit is een indrukwekkende klim die je leidt langs tal van afgronden, bossen en bergweides. Het is een prachtige rit die je lekker langzaam moet rijden zodat je er maximaal kan genieten. Hoewel hard rijdend ook leuk zou kunnen zijn, met een schikte auto ten minste.

Weerstation

De top van Mont Aigoual wordt gedomineerd door een groot weerstation dat in de negentiende eeuw is gebouwd. De extreme weersomstandigheden, in de zomer is het hier heet en in de winter koud, was de reden om hier het weer te observeren.

De Renner

Mont Aigoual kennen we in Nederland uit het boek ‘De Renner‘ van Tim Krabbé. Een redelijk dun boekje dat op de middelbare school enorm populair was. Je las hem in een middag uit en hij mocht op je literatuurlijst voor Nederlands. Ik vond het een geestig verhaal waarin de geschiedenis van het wielrennen wordt beschreven aan de hand van de gedachte die de auteur heeft tijdens een wedstrijd.

Vlak voor de klim van de Mont Aigoual krijgt hij in kansrijke positie een lekke band. In de klim zet hij de achtervolging in maar krijgt dan een inzinking. Krabbé acht zichzelf kansloos voor de overwinning maar toch weet hij samen met een andere renner als eerste de top te behalen. In de afdaling naar finish in Meyrueis wordt het duidelijk dat het op een sprint tussen de twee koplopers zal komen. Hierop is Krabbé de hele wedstrijd al mentaal op voorbereid…

Mont Aigoual cevennen berg col top weerstation uitzicht meetapparatuur

Het weerstation is gebouwd in de 1886 en nog altijd in gebruik. Op het dak staan sprieten en andere apparaten die het weer kunnen meten.

Leuk is ook de tentoonstelling die zich in het gebouw bevind. Hier leer je van alles over het klimaat maar het leukst zijn wel de tentoonstelling van honderden foto’s van het weerstation zelf en het leven van de klimatologen die hier werken. Als je op je slippers in de augustuszon staat kan je je niet voorstellen welke Siberische toestanden zich hier in de winter afspelen. Naast de tentoonstellingsruimte is er ook nog een restaurantje waar je iets kan drinken en eten.

Tot slot is er het uitzicht en die is het mooist vanaf de hoogste toren van het weerkasteel. Daar mag je gewoon op, het is zelfs gratis. Wij waren er in de middag van een augustusdag en het uitzicht was echt adembenemend mooi. Hoewel het door de hitte het uitzicht niet helemaal optimaal was hebben we er zeker twintig minuten van het panorama genoten.

Wie optimaal wil genieten moet kan het best in januari of september de top beklimmen. Een andere mogelijkheid in de zomer is om bij zonsopgang bovenop de berg te zijn. Dat is het meest heldere moment van de dag. Al met al is het uitzicht sowieso de tocht naar de top van de Mont Aigoual waard.

Het station is nog altijd in gebruik en dat is te zien aan allerlei meetapparatuur in vorm van ingewikkelde sprieten en kastjes. Nu is het reuze lollig om dingen te bekijken waarvan je geen idee hebt wat het precies doet maar echt leuk zijn de gebouwen. Het is namelijk een soort kasteel met torentjes en kantelen. Hoe ze er opgekomen zijn is een raadsel maar eerlijk gezegd ziet het er wel leuk uit.

Video van Mont Aigoual

Beelden van Mont Aigoual

E-Magazine

In bezit een ereader of tablet? Download dan één van de E-Magazine. Deze lees lekker je op je vakantieadres en ontdek je mooiste dorpen en leukste plekken.



Downloaden doe je hier >>

Kaart van Mont Aigoual en omgeving


Les plus beaux villages de France
weergeven op een grotere kaart

Bonneval sur Arc: alpendorp met huizen van leisteen ***

De Col de d'Iseran in de Franse Alpen

De Col de d’Iseran is de hoogste pas in Europa waar je met een auto over kan. Het landschap is ruw maar prachtig en de lange klim waard.

Naarmate je hoger komt wordt de weg steeds smaller en omdat je vanaf Val d’Isere veel aan de dalkant rijdt had ik bij een passeren van enkele tegenliggers op bepaalde plaatsen toch een beetje angstzweet op de rug. Eenmaal boven is het puur genieten van het uitzicht op de verschillende gladsjers. Boven de boomgrens lijkt het een andere wereld; kaal, ruw, mooi maar ook best gevaarlijk. Dat laatste kwamen wij achter toen we op de col een wandeling maken toen een koude wind opstak. Het was die dag al niet zo heel warm en door de wind zakte de temperatuur binnen een paar minuten onder de 10 graden. Dit was begin augustus en er was niets aan de hand maar toch geeft het aan hoe het op die hoogte snel kan veranderen.

Marmotten

De tocht vanaf Col de l’Iseran naar Bonneval sur Arc is prachtig en je komt door enorme dalen inclusief mooie watervallen en alpenweides. Rijdt daar niet te snel en je kan niet te veel stoppen om je ogen de kost te geven. Het wordt helemaal leuk als de marmotten zich laten zien. Deze gezellige beestjes zijn niet bang voor mensen en als je niet dichtbij komt dan een meter of tien blijven ze gewoon zitten en doen ze hun ding.

De afdaling naar het dorp is prachtig en naast flink wat motorrijders was het begin augustus niet echt heel erg druk. Je auto zet je net naast het dorp waar de overblijvenselen van een oude brug zijn te bewonderen. Vanaf de parkeerplaats steek je gemakkelijk het dorp in waar eigenlijk niet heel erg veel te doen is. Er zijn wat kleine pleintjes, mooie straatjes en natuurlijk een kerkje.

Het grootste huis van het dorp heet toepasselijk ‘Grande Maison’ en boodt ooit onderdak aan een rijke familie uit Piemonte toen in de negentiende eeuw de Savoie bij Frankrijk ging behoren. Verwacht in dit pand geen museum of iets dergelijks maar een slager en de bakker. Dat zijn natuurlijk ook interessante zaken al was bij ons bezoek de slager niet open, niet zo raar op zondagmiddag natuurlijk.

Vanaf het pleintje voor het ‘Grande Maison’ loopt een prachtig straatje naar het kerkje. Deze laatste is niet echt heel bijzonder maar het heeft wel een opvallende houten vloer. Dat zie je niet vaak maar hier is het dus chic want hout is in deze streek een luxe product. Halverwege de kerk is een café waar wij een koffie en een crêpe nuttigden.

Straatje in Bonneval sur Arc met op de achtergrond het kerkje van het dorp.

Straatje in Bonneval sur Arc met op de achtergrond het kerkje van het dorp.

Helaas zijn de culinaire talenten hier even schaars als hout in deze omgevening. De koffie was niet te drinken en de crêpe’s veel te vet. Dat mocht echter de pret niet drukken en we zaten lekker op het terras te genieten van de zon terwijl de buurvrouw van het café met een pickhouweel een sleuf in haar voortuin maakte.

Opvallend aan de huizen in Bonneval sur Arc zijn de lage balkons die vaak direct onder het dak zijn geplaatst. Hier wordt koeienmest gedroogd die tijdens de winter wordt gebruikt als brandstof in de kachel. Ook hieruit blijkt maar weer hoe schaars hout is in deze omgeving.

L’Écot

Wie zin in een wandeling is de tocht naar het gehucht L’Écot een aanrader. Dit dorp ligt op een vlakte op tweeduizend meter hoogte en herbergt stenen huizen en een kapel uit de twaalfde eeuw. Vanuit Bonneval sur Arc is het binnen een uur goed te bereiken en wie verder wil wandelen kan zijn lol daarop want L’Écot is een knooppunt van routes.

chamonix-frankrijk-montenvers-mer-du-glace

Chamonix: Aiguille du Midi en de Mer du Glace *****

Chamonix wordt de hoofdstad van de bergsport genoemd. Aangezien wij geen klimmers zijn, drie van de vier gezinsleden hebben hoogtevrees, dachten wij niet zo veel te zoeken te hebben in dit stadje aan de voet van de Mont Blanc. Maar dat bleek helemaal verkeerd gedacht want Chamonix is helemaal leuk en wij hebben er ons […]

Brug in het dorp Axat in de Pyreneeën, Frankrijk. Foto onder cc Gustavo Maximo

Axat: ontspannen in de Pyreneeën

 

axat-aude-rivier-rafting-frankrijk

In Axat hebben ze er zoveel mogelijk manieren bedacht om blauwe plekken op te lopen; rotsklimmen, abseilen, canyoningen, hydrospeeden, raften en mountainbiken.

Qua voorzieningen: er is een kruidenierswinkeltje dat in staat is je geruime tijd in leven te houden. Maar na dag twee had ik echt méér nodig.

‘Waar is de dichtstbijzijnde supermarkt?’ vroeg ik een Nederlandse reisleidster op de camping.
‘Na de uitgang rechtsaf,’ zei ze behulpzaam. ‘Na twaalf minuten zie je hem aan je linkerhand. Kan niet missen.’
Dus toog ik, op teenslippers, rechtsaf. Na twintig minuten begon ik me enige zorgen te maken. Rechts de rivier, links een rotswand en verderop zo te zien méér rivier en rotswand. Na drie kwartier maakte ik moedeloos rechtsomkeert. Dat betekende: ook drie kwartier terug. Op slippers. Waar mijn tenen nog niet aan gewend waren.
Terug op de camping strompelde ik naar de reisleidster, die geschrokken naar mijn voeten keek. ‘Wat is er met jóu gebeurd?’
Ik keek haar strak aan. ‘Twaalf minuten verderop, zei je…’
Ontzet sloeg ze haar hand voor haar mond. ‘Met de áuto ja!’

Waar moet ik heen: de bergen in Frankrijk

Frankrijk staat op je shortlist van de vakantiebestemming en de bergen lijken je wel leuk. Kijkend naar de atlas van Europa zie je dat Frankrijk best een groot land is. Het wordt je duidelijk dat je het hele land niet in een weekje kan bekijken. Er moet dus een keuze worden gemaakt. In dit artikel […]

Pic du Midi: berg met fenomenaal uitzicht op de Pyreneeën ****

pic-du-midi-du-Bigorre-kabelbaan

De top van de Pic du Midi du Bigorre is alleen te bereiken met een kabelbaan.

Wij bezochten de Pic vanaf onze gîte in Ciadoux, zo’n slaperig dorpje met een kerkje en een markt op donderdagmiddag. De pret was echter al veel eerder begonnen, want bij het plannen van de zomervakantie was al duidelijk dat de Pic du Midi één van de hoogtepunten van de zomervakantie zou worden. Via de website hadden we al kaartjes gekocht want je weet maar nooit hoe druk het daar is. Dat laatste viel trouwens heel erg mee want in plaats van horden toeristen waren we zo´n beetje de enige buitenlanders.

Vanaf ons vakantieadres was het 104 kilometer bijna recht naar het zuiden. Voor ons is dat niet zo veel, rijden doen we wel meer en als je, zoals wij, de rit als attractie beschouwt is honderd kilometer niets. Volgens de routeplanner zou dit ritje bijna twee uur in beslag nemen wat ons wel wat lang leek. Daar zouden we wel iets af kunnen rijden, het was immers allemaal Route Nationale en daar mag je 90. De eerste zestig kilometer schoten ook lekker op en we zagen de bergen steeds dichterbij komen.

Als je op de Pyreneeën aanrijdt merk je goed hoe steil ze zijn. Vanaf onze gîte konden we de toppen al goed zien maar pas na zeventig kilometer begonnen we pas echt te klimmen en dat is het ook bijna direct stevig klimmen.

Wielrenners

pic-du-midi-du-Bigorre-kabelbaan ezel

Dieren lopen overal los. Wij kwamen een ezel tegen in de WC bij het station van de kabelbaan.

Wielerliefhebber of niet, als je de Pic du Midi bezoekt, ontkom je niet aan de Tourmalet. Deze beroemde wielerberg kondigt zich al ver voor Campan aan, het laatste dorpje voordat je echt aan de klim begint. De plaatselijke middenstand is geheel ingesteld op de sportieve vakantieganger die al fietsend de Tourmalet wil beklimmen. Dit was in de zomer zo, in de winter is dit gebied natuurlijk het domein van wintersporters.

Bij de voet van de klim zien de sportieve medetoeristen er nog fris en fruitig uit. Aangezien het niet allemaal Nederlanders zijn, die zijn namelijk gewend aan fietsen langs auto’s, is het aan het begin van de klim goed oppassen, want er zijn grote groepen fietsers waarin niet iedereen goed oplet: ze zitten te praten of grappen te maken. Na de afslag naar de D 918 is dit wel over, want dan krijgen de fietsers het zwaar en is het over met praten en grappen.

De weg leidt je door een ruw en ruig landschap met prachtig uitzicht op de dalen en bergen. Opvallend is dat er, wanneer je hoger komt, geen hekken staan in de bergheide. Het land is van de gemeenschap en iedereen mag zijn schapen en koeien hier laten grazen. En dat gebeurt ook. Oppassen achter het stuur, want deze beesten staan ook gewoon op de weg. Het heeft wel wat.

Kabelbaan

De Pic du Midi is niet te bereiken met de auto. Deze parkeer je in het skistation La Mongie en dan heb je twee mogelijkheden om de top te bereiken. Voor de sportievelingen is er een ezelpad die je via een flinke klim naar de Pic brengt. Volgens de bekende Groene Gids duurt deze vierenhalf uur en is hij niet geschikt voor de niet geoefende wandelaar. Daarnaast kan je ook de kabelbaan nemen, dat hebben wij maar gedaan.

Bij de kabelbaan was het totaal niet druk, we konden zo doorlopen en samen met een stel Spanjaarden de tocht naar boven beginnen. Deze bestaat uit twee etappes. Een deel van mijn reisgenoten was lang niet in een kabelbaan geweest en bovendien uitgerust met een flinke dosis hoogtevrees. Dit gaf zoveel stress, dat er serieus werd overwogen om de reis af te breken in het tussenstation. Gelukkig werd de tocht toch doorgezet, waarna we er achter kwamen dat het tweede deel pas echt spectaculair is. De gondel gaat over een enorm dal met dikke pakken sneeuw; vrolijk huppelende Alpenmarmotten maakten het plaatje compleet.

De top

Helaas was het bij ons bezoek behoorlijk bewolkt en dook de kabelbaan boven het dal een dikke witte wolk in. Dit tot vreugde van mijn reisgenoten die hierdoor niet in de diepte hoefden te kijken, waardoor de stress in de cabine zakte. Ook de Spaanse dames die met ons naar boven gingen hielden de stangen iets losser vast. Vlak voor de Pic kwam de gondel weer uit de wolk en dat gaf ons een prachtig uitzicht op de sterrenwacht.

Uitzicht op de bergen vanaf Pic du Midi du Bigorre

Sneeuw in augustus op de Pic de Midi

Ondanks dat we slechts een half uur konden genieten van het uitzicht was het de tocht waard. Op het enorme terras kan je een hapje eten in het restaurant of je zelf meegenomen stokbrood nuttigen. In Nederland zou het ongetwijfeld niet mogen, je zelf meegenomen boterhammetjes op te eten, hier is dat geen enkel probleem. Eenmaal boven, wordt je eerst naar de voornaamste attractie geleid: het enorme terras met een fantastisch uitzicht op de bergen. Als het helder is, kan je hier tot driehonderd kilometer ver kijken, dat wordt althans beloofd. Bij aankomst stak de Pic net boven een wolk uit, zodat we net genoeg konden zien om ons te kunnen voorstellen hoe het uitzicht is bij ideaal weer. Na een half uurtje was de pret over en stonden we in een dikke mist die volgens de mensen op de Pic de hele middag zou duren. Je krijgt trouwens uitzichtgarantie. Dankzij de wolk kregen wij kaarten om binnen een half jaar op een minder bewolkte dag opnieuw omhoog te gaan. Helaas zat het er niet in, we moesten de volgende dag naar de volgende gîte.

Wij waren er overdag, maar ’s nachts is het ook genieten op Pic, van de sterrenhemel wel te verstaan. Je kan een speciaal kaartje krijgen inclusief een diner onder de sterrenhemel. Het is niet goedkoop, maar het lijkt mij een geweldige ervaring.

Expositie

Botten en schedel van een schaap

De resten van de lunch van de vale gieren.

Naast het uitzicht is er de grote expositieruimte in de sterrenwacht om te bezoeken. Deze bestaat uit twee onderdelen. Het eerste gedeelte gaat over het heelal en de hemellichamen daarin. Er wordt van alles vertelt over planeten, manen, sterren en kometen. Een prima expositie, maar wij wisten het meeste al. Veel leuker is de tentoonstelling over de Pic du Midi zelf. Oude foto’s en films vertellen je her verhaal over hoe de sterrenwacht op de berg werd gebouwd. Een foto van de eerste kabelbaan naar de top maakte indruk op ons en relativeerde onze tocht naar boven.

Na het verplichte bezoek aan de souvenirwinkel, dat best leuke dingen heeft, stelden we vast dat de wolk deze middag rond de bergtop zou blijven hangen. Conclusie was om weer naar het skistation af te dalen.

Tourmalet

Beneden bleek de zon nog lekker te schijnen en besloten we de Tourmalet te bezoeken. Deze ligt maar een paar kilometer verder vanaf de kabelbaan. Hoog boven het dal zweefden inmiddels enorme vale gieren. Deze reusachtige vogels leken klaar om toe te slaan indien één van de fietsende toeristen, in een poging om de beroemde berg te bedwingen, in elkaar zou storten. Gezien de staat van sommige fietsers die wij passeerden, leek het mij dat de boswachter die dag de vogels niet zou hoeven bij te voeren. Tijdens de rit naar boven dachten wij ook een aantal fietsframes in de greppel te zien liggen, maar we kunnen ons ook hebben vergist.

Voor de duidelijkheid: iedereen die de Tourmalet heeft beklommen op een fiets is in mijn ogen een held! De Mont Ventoux is een heldendaad, maar de Tourmalet is ook niet mis.

Ongeveer een kilometer onder de top besloten wij tot een late lunch. Een mooie weide met een nog mooier uitzicht op het dal bleek een perfecte plek om ons stokbrood met Le Rustique en Jambon Bayonne te nuttigen. Bij het verkennen van de wei bleek dat naast een beekje de gieren hadden toegeslagen: van het schaap was niet veel meer over dan een paar botten. Ruig land dat Frankrijk.

Uitzicht vanaf de Tourmalet in de Pyreneeën

Uitzicht vanaf de Tourmalet, één van de beroemdste cols uit de Tour de France.