Tag Archief van: Karel de Grote

Germigny-des-Prés ***
Uniek Karolingische kerkje

Karolingische gebouwen zijn er niet zo veel in Frankrijk maar in Germigny-des-Prés bij de Loire staat een zeer bijzondere kerkje dat ooit onderdeel vormde van de villa van één van de topadviseurs van Karel de Grote zelf. Dichterbij de grote keizer kan je bijna niet komen, in Frankrijk althans.

Als ik door Frankrijk rij dan zijn er een aantal borden waarop ik onmiddellijk reageer. Zo ga ik altijd kijken bij een Gorges en ook Romeinse bezienswaardigheden wil ik zien. Een ander bord waarop ik aan sla is er één met Carolingien erop. Die zijn er namelijk niet zo veel in Frankrijk

Carolingien betekent natuurlijk Karolingisch en dat verwijst naar grofweg de negende eeuw. Als ik een bord tegen kom waar iets Karolingisch wordt aangekondigd dan ga ik er altijd heen. En dat is precies wat er gebeurde toen wij op weg waren naar de Pont Canal de Briare over de Loire. Ik had het bord nog niet gezien of ik was er al voorbij gereden; een Karolingisch kerk stond gewoon midden in het dorp vlak naast de doorgaande weg. Deze had ik even niet zien aankomen.

Waarom is dit zo bijzonder? Omdat de tijd waar dit kerkje is gebouwd er bijna geen gebouwen meer over zijn. Hoe zit dit? wel nu vanaf ongeveer 450 tot 770 na Christus was het best chaotisch in West-Europa. De Romeinse steden verdwenen, er waren grote groepen migranten uit het oosten en het centrale gezag was ver te zoeken.

Germigny-des-Prés

Rating:

3 van 5 sterren (?)

Zeker zien:

- Mozaïek
- Achterkant

Locatie:

open in maps

Locatie:

Open in maps

Karel de Grote maakte zo rond 800 een einde aan deze chaos. Dit deed hij door in West-Europa één rijk te maken en dat bracht rust in de tent. Hij zorgde dat de migratie uit het oosten minder werd en voor interne vrede waardoor de economie zich kon herstellen. Dit alles bleek tijdelijke aard want na ongeveer tachtig jaar was het alweer voorbij maar dat wisten ze op dat moment natuurlijk niet.

Rol van de kerk

Karel was naast een goed militair ook een prima organisator en om zijn rijk te besturen gebruikte hij graag de kerk. De kerk was zo’n beetje de enige nog werkende organisatie en wat is er makkelijk om die naast geestelijke ook bestuurlijke macht te geven. Je hoeft alleen je vrienden op de belangrijkste bisschopszetels te zetten en besturen maar met dat Rijk.

Interieur van het kerkje in Germigny-des-Prés

Het oudste gedeelte van het kerkje is klein en doet denken aan een kerk in zuidoost Europa. De kerk ziet er zeer goed uit en je zou denken dat de boel vorig jaar is opgeleverd in plaats van 806 na Christus.

Bijkomend voordeel; priesters, en dat zijn bisschoppen uiteindelijk, mochten geen vrouw hebben en dus ook geen kinderen, officieel dan want niets menselijk was ook deze bisschoppen vreemd. Hierdoor zijn er ook geen officiële erfgenamen waardoor Karel, en later de Keizer, altijd zijn favoriet als bisschop kon benoemen.

Een prima systeem maar met een klein weeffoutje dat later aan het licht kwam toen de Paus vond dat hij alleen bisschoppen mocht benoemen. Dat heeft nog een hoop ellende tussen de Keizer en de Paus veroorzaakt maar daar had Karel geen last van.

Deze staatskundige indeling is ook nu nog te zien in West-Europa en wel in gebouwen. Zoals een machtig man betaamt hield Karel er een stevige bouwlus op na. Door de chaos in de eeuwen daarvoor lag de bouwsector op zijn gat, er is feitelijk geen enkel gebouw van steen gebouwd, maar met Karel was er een nieuwe en machtige opdrachtgever gekomen.

De vastgoedprojecten van Karel bestonden naast militaire objecten vooral uit kerken en paleizen en het liefst een combinatie van daarvan. De meest bekende voorbeelden zijn de paltskapel ,tegenwoordig Dom, in Aken (ga daar eens kijken!) en in Nederland het Valkhof in Nijmegen.

Theodulf van Orléans

En nu terug naar Germigny-des-Prés. Hier staat namelijk ook een kerk uit deze tijd en net zoals bij het Valkhof en Aken was dit een onderdeel van een paleis, of in dit geval een villa die nog uit de Romeinse tijd stamde. Maar in tegenstelling tot Nijmegen en Aken was niet Karel de Grote hier de bewoner maar de Bisschop van Orléans, een man genaamd Theodulf.

Hoewel hij de geschiedenis zou in gaan als Theodulf van Orléans was hij geboren in Spanje waar hij vluchtte voor de Moren die het Iberisch schiereiland veroverden. Hij sloot zich aan bij een klooster waar hij zich inzette voor de scholing van het volk. Hij probeerde de kerk over te halen om een schoolsysteem te ontwikkelen en toen Karel de Grote dit te horen kreeg werd hij uitgenodigd aan het hof van de vorst. Het klikte kennelijk tussen Theodulf en Karel waardoor hij zich ontwikkelde tot één van de belangrijkste adviseurs en vertrouwelingen van de Keizer.

Het vertrouwen van Karel in de man was kennelijk groot omdat hij hem benoemde tot bisschop van Orléans en werd hij tevens abt van Fleury. Dit betekende dat hij naast geestelijke ook wereldlijke macht kreeg. Hij was echter meer een man van de kerk waarvoor hij zich bleef inzetten en tal van scholen stichtte in heel Frankrijk.

Net als zijn meester ging hij ook als bouwmeester aan de gang. Hij betrok in Germigny-des-Prés een leegstaande Romeinse villa en liet in zijn achtertuin een kerk bouwen. Van de villa is na een bezoek van de Noormannen niet veel meer over maar het kerkje is buitengewoon goed bewaard gebleven en dat is uniek want van de Karolingische kerken zijn er maar een handvol bewaard gebleven.

In tegenstelling tot de meeste kerken, de katholieke althans, is deze kerk niet in een kruis gebouwd. In de achtste en negende eeuw was dat ook niet de gewoonte. De bouwmeesters lieten zich vooral inspireren door de kerken in het Romeinse Rijk dat nog bestond; Byzantium met als hoofdstad Constantinopel.

Daar staat de Hagia Sophia en dat was de grootste kerk van de wereld op dat moment. In deze kerk staat het altaar in het midden en zitten de gelovigen er omheen. Deze vorm, centraalbouw genoemd, komt in West-Europa niet veel voor maar in Oost-Europa juist wel. Zo heeft de kerk aan het Rode Plein in Moskou ook zo’n plattegrond.

De Dom in Aken een soortgelijk ontwerp en heeft de San Vitale in Ravenna als voorbeeld die op haar beurt weer op de Haga Sophia is geïnspireerd. Dat Theowulf zijn kerk liet bouwen in de stijl van de Dom in Aken is natuurlijk geen toeval; daarmee volgde hij zijn grote baas en het beleid.

Om het verhaal van centraalbouw af te maken; deze vorm kwam tijdens de Reformatie weer in de mode en je vind in Nederland ook tal protestanten kerken met deze opzet. Dit heeft een religieuze oorzaak omdat de protestanten de bijbel in het midden van de dienst zetten. De nieuwe kerk in Den Haag en Groningen zijn daar goede voorbeelden van maar er zijn er veel meer.

Nadat ik het kerkje voorbij was gereden was ik wel oplettend genoeg de parkeerplaats niet te missen. En dus liepen we terug naar iets wat mogelijk heel bijzonder is. De voorkant van de huidige kerk is duidelijk later gebouwd maar daarachter zag ik tot mijn vreugde inderdaad een gebouw dat de vorm had van de Dom in Aken.

De apsis van het kerkje in apsis Germigny-des-Prés

De apsis heeft een prachtig mozaïek uit de negende eeuw dat opvallend goed bewaard is gebleven.

Oratorium

Dit kerkje is echter een stuk kleiner maar zag er heel erg goed uit. Iets te goed was mijn eerste indruk want de buitenkant zag helemaal niet uit als een gebouw dat er al twaalf eeuwen staat. Ik noem het wel een kerkje maar eigenlijk is het een oratorium. Officieel een privéplaats om te bidden maar dat wel gewijd is door de kerkelijke instanties. Aangezien de eigenaar zelf deze instantie was, moet het inwijden een koud kunstje zijn geweest.

Ook binnen ziet het kerkje er nog prima uit, of eigenlijk weer. Het gebouw heeft namelijk een behoorlijke geschiedenis van plunderingen, invasies en branden achter de rug maar daar is nu helemaal niets van te zien. Het lijkt er meer op dat de aannemer de boel een paar maanden geleden heeft opgeleverd. Het deel waar je binnenkort doet je denken aan een gewone kerk maar dit deel stamt uit de vijftiende en zestiende eeuw en is ook het begin van de negentiende eeuw nog eens flink onder handen genomen. Hoewel best mooi, is het niet bijzonder en daarbij is het in de negentiende eeuw net iets te grondig onder handen genomen; het is kapot gerestaureerd.

Het gaat om het achterste deel van de kerk. Waar je een koor verwacht is hier een vierkante ruimte met koepels als plafond. Loop je er eenmaal in en je waant je in zuidoost Europa. Ongetwijfeld het meest indrukwekkende deel is het koor met op het plafond van de absiss een prachtig mozaïek, origineel uit de negende eeuw.

Het bestaat uit meer dan 130.000 stukjes glas en iedereen die de basiscursus kunstgeschiedenis heeft gevolgd ziet direct de Byzantijnse invloeden. En dat klopt want waarschijnlijk is dit mozaïek ook gemaakt door een kunstenaar uit die streek.

Het mozaïek laat vier engelen zien bij de Ark des Verbond. Wat ze daar precies mee doen is mij niet duidelijk maar de Latijnse tekst eronder roept op tot gebed waarbij wel wordt aangeraden om daarbij de onovertroffen Theodulf te vergeten. Dat doet een beetje vreemd aan om in je privékerk zo’n oproep over jezelf te plaatsen. De man was misschien toch niet zo nederig óf hij ging ervan uit dat toch niemand het kon lezen. Waar hij wel eens gelijk in zou hebben al denk ik dat het opperwezen het wel zou opmerken, maar goed.

Achterkant van het kerkje van Germigny-des-Pres in Frankrijk

Aan de achterkant van de kerk is duidelijk van een andere stijl als de voorkant.

Het mozaïek is buitengewoon goed bewaard gebleven en dat komt omdat het eeuwenlang bedekt is geweest met een dikke pleisterlaag. Pas in de negentiende eeuw kwam het er weer onder vandaan en gelukkig zijn ze er verder ook vanaf gebleven. Het is prachtig en het is een belevenis als je zoiets oud van zo dichtbij kan zien.

Na het bezoek van de binnenkant is het de moeite waard om even om het gebouw heen te lopen. Aan de achterkant zie je namelijk veel beter hoe het oude deel is gebouwd.

Germigny-des-Prés was voor mij onbekend tot ik er doorheen reed maar wat een kunsthistorische traktatie! Als je in de buurt bent zou ik hier zeker even stoppen. Het kost je maximaal een uurtje maar dat is dit stukje West-Europese geschiedenis zeker waard.

Video van Germigny-des-Prés

E-Magazine

In bezit een ereader of tablet? Download dan één van de E-Magazine. Deze lees lekker je op je vakantieadres en ontdek je mooiste dorpen en leukste plekken.

Kaart van Germigny-des-Prés en omgeving


Les plus beaux villages de France
weergeven op een grotere kaart
Straatje in het dorp Flavigny sur Ozerain in Bourgondië

Flavigny-sur-Ozerain: Bourgondisch dorp met een Karolingische verrassing ****

Flavigny-sur-Ozerain poort Bourgondie cotedor Frankrijk dorp

De zuidelijke poort van Flavigny sur Ozerain

Wij bezochten het dorp op doorreis naar huis vlak na de kerst. Het had net geregend, het was koud en een gure wind maakte de kleine straatjes onveilig. Later die dag zouden we bijna stranden in een hevige sneeuwstorm in de Ardennen. Het was kortom niet een ideale dag voor het bezichtigen van een dorp, maar we waren er nu eenmaal.

Het dorp lag er verlaten bij. De grote parkeerplaats voor het dorp verraadt dat hier in het seizoen druk is, maar wij troffen lege straten met gesloten winkels en een slapende poes voor een raam. Hoewel het weemoedig klinkt hou ik er wel van. Verlaten plekken waarvan je weet dat het op een ander moment heel druk is geeft je een bepaald intiem gevoel, alsof je erbij hoort. Zo waren we ooit bij de watervallen van Coo waar zo weinig mensen waren dat ze de waterval maar uit hadden gezet.

Vesting

Ondanks het weer was het bezoek aan Flavigny sur Ozerain meer dan de moeite waard. Het dorp ligt op een plateau op het kruispunt van verschillende riviertjes en heeft aan drie kanten steile rotsen. Het is dus prima te verdedigen en Flavigny was in de Middeleeuwen dan ook een solide vesting. De verdedigingswerken staan er voor een groot deel nog en dat maakt het aantrekkelijk voor de hedendaagse toerist.

Flavigny-sur-Ozerain kerk Bourgondie cotedor Frankrijk dorp

Het pleintje met het kerkje dat bekend is uit de film Chocolat.

De entree van het dorp maakt je direct blij. Vanaf de parkeerplaats loop je een beetje omhoog en je doet er goed aan niet direct het dorp in te lopen maar linksaf te slaan. Dit brengt je naar één van de poorten van het dorp, die deel uitmaakt van de eerder genoemde verdedigingswerken. Eenmaal door de nauwe poort loop je door een mooie straat met fraaie herenhuizen. De straat loopt iets omhoog en leidt je naar de achterkant van de kerk. Dit is één van de kerken die hier ooit hebben gestaan want het dorp heeft een grote religieuze geschiedenis.

Dit exemplaar stamt uit de dertiende eeuw op de plek waar al een oudere kerk stond. Het gebouw is in de vijftiende en zestiende eeuw grondig verbouwd en helaas was hij gesloten bij ons bezoek. Dat is best jammer want binnen deze kerk zijn een interessante dingen te zien. Zo zijn er een twee interessante beelden waaronder een Engel van de Annunciatie. Tevens zijn er koorstoelen met bijzonder aardig houtsnijwerk te vinden.

Na de kerk liepen we weer naar beneden door een leuk buurtje die duidelijk herkenbaar zijn uit de eerder genoemde film Chocolat. Je verwacht toch een beetje Johnny Depp tegen het lijf te lopen. Niet de hele film is hier trouwens opgenomen. De scenes bij de rivier werden gefilmd bij La Roque Gageac aan de Dordogne, ook een ‘Plus Beaux Village’. Het buurtje eindigt bij de Porte du Val. Vanaf hier kan je de Promenade du Remparts volgen die, zoals de naam al verraadt, je langs de vestingmuren voert.

Flavigny-sur-OzerainPorte du Val Bourgondie cotedor Frankrijk dorp

De Porte du Val staat aan de westelijke kant van het dorp en heeft prachtige ronde torens.

Zoals ik al eerder meldde heeft Flavigny sur Ozerain een lange religieuze geschiedenis. In de achtste eeuw werd hier een abdij gesticht. Voor wie zijn middeleeuwse geschiedenis niet precies op zijn netvlies heeft; in de achtste eeuw leefde Karel de Grote. Het was een tijd waar West-Europa zich begon te herstellen van de driehonderd jaar chaos na de val van het Romeinse Rijk.

Wij zouden Europa in die tijd niet meer herkennen. Frankrijk was bijna geheel bedekt met bos, er waren bijna geen wegen en mensen woonden alleen langs rivieren in kleine geruchten. Steden waren er (bijna) niet meer.

Er woonde hier toen zo weinig mensen dat zelfs ziektes als de pest hier niets te zoeken hadden. Het is dan ook niet vreemd dat gebouwen uit de achtste eeuw uiterst zeldzaam. Het Valkhof in Nijmegen, de Dom in Aken en de rotskapel in Puy-en-Valay zijn enkele voorbeelden.

Gebouwen uit de achtste en negende eeuw zijn dus altijd bijzonder. Mocht je een bord zien met het woord ‘Carolingienne’ moet je er altijd gaan kijken. Om de verwachtingen maar even te temperen; het zijn altijd kleine gebouwen. De Dom in Aken was het grootste gebouw uit die tijd en is zeker indrukwekkend maar hij past toch al snel drie keer in een beetje Gotische kathedraal.

Hoewel klein zijn het gebouwen met een hele eigen sfeer en karakter, heel anders dan de Romaanse en Gotische kerken die je in Frankrijk veel vindt. Het zijn materiële overblijfselen van een cultuur die we niet zo goed kennen.

Karolingische apsis ingang Flavigny-sur-Ozerain Bourgondie cotedor Frankrijk dorp

De ingang tot de apsis ligt een beetje verscholen onder deze oude kerk.

De benedictijnenabdij uit de achtste eeuw in Flavigny sur Ozerain groeide in de Middeleeuwen uit tot een groot complex met verschillende gebouwen en een basiliek ter ere van Petrus. Een aantal van deze gebouwen staan er nog maar daar wonen nu geen monniken of nonnen meer want de achttiende eeuw werd hier een fabriek van anijssnoepjes gevestigd.

Ik vermoed dat dit het resultaat was van de Franse Revolutie. De snoepjes worden hier nog steeds gemaakt en dat is natuurlijk wel weer lollig. De blog Van Franse Bodem heeft een leuk artikel geschreven over de geschiedenis over dit lekkernij.

Karolingische apsis

De gebouwen zijn in de loop van tijd verbouwd maar één is iets bijzonders te vinden. Daar bevindt zich namelijk de apsis van de abdijkerk uit 758. Toen was Karel de Grote nog maar een klein kereltje.

Tijdens ons bezoek was hier helemaal niemand en ik moest echt de ingang zoeken want die bevindt zich in een hoekje van een soort binnenpleintje van de snoepfabriek.

Eenmaal gevonden werd het mij duidelijk dat de Fransen hier nog niet helemaal klaar zijn. De archeologen zijn hier nog lekker bezig. Vlak voor de eigenlijke ingang bevindt zich een zeer interessant werkplaats waar allerlei beelden en kapitelen worden gerestaureerd. Deze was helaas dicht, de restaurateurs zaten blijkbaar nog met hun familie onder de kerstboom.

Normaal is het mogelijk om hier een rondleiding (gratis!) te krijgen maar ik moest mij zelf maar bedienen. Ik was inmiddels alleen want mijn familie was naar de auto gegaan om Franse koekjes te eten.

De apsis zelf is openbaar gebied en ik kon dus zo naar binnen lopen. Een beetje onzeker liep ik de donkere ruimte binnen. Na twee stappen werd plots het licht ontstoken en begon op de achtergrond een gregoriaans muziekje te spelen. Dat was even schrikken waarna ik toch zeer blij was met bewegingsmelders uit de eenentwintigste eeuw.

Het muziekje is wat overdreven, maar de verlichting in de apsis is werkelijk subliem. Hierdoor kan je namelijk het Karolingische bouwsel uitermate goed bekijken en vind je makkelijk je weg door het doolhofje van gangen en kleine zaaltjes vol met pilaren met prachtige kapitelen.

Het was een prachtige ervaring en ik kan iedereen aanraden om vlak na kerst even langs dit dorp te rijden. Dan heb je al dit moois helemaal voor je alleen.

Terug in de buiten lucht had ik een paar tellen nodig om weer helemaal terug in onze tijd te keren. Op de parkeerplaats vond ik mijn gezin terug en zette wij koers terug naar Nederland, een geweldige belevenis rijker.

Saint Bertrand de Comminges: dorp met kathedraal en Romeinse opgravingen *****

In de eerste eeuw groeide de stad tot minstens 10.000 inwoners. Sommige bronnen spreken zelfs over meer dan 30.000 zielen. Hoe dan ook gaat het hier om best veel mensen en de stad zou nooit meer inwoners hebben dan in die tijd. Ook in het Romeinse Rijk was dit een stad met een serieuze omvang met regionale functies, zowel economisch als bestuurlijk. De stad was daarom ook uitgerust met openbare gebouwen zoals een theater, een forum, een marktplaats en natuurlijk een badhuis.

Romeinse opgravingen

theater-saint-bertand-de-comminges-dorp-frankrijk-plus-beaux-villages

De tribunes van het Romeinse theater zijn tegen een berg gebouwd waar 5.000 toeschouwers een voorstelling konden bijwonen.

Romeinse gebouwen

Een groot aantal van deze gebouwen zijn de afgelopen eeuw opgegraven en nu te bewonderen. Vooral het theater, dat tegen een berg is gebouwd, is nog goed te herkennen. De afmetingen zijn redelijk groot en vanaf deze plek zijn de overblijfselen van de rest van de Romeinse stad goed te zien. Daardoor krijg je er een goed beeld van hoe groot de stad in de eerste eeuw moet zijn geweest, veel groter dan het huidige dorp.

Het theater is de eerste attractie die je tegenkomt als je vanaf de parkeerplaats naar het dorp wandelt. Er rijdt ook een pendelbusje in de vorm van een toeristisch treintje, maar wij wilden de berg waarop het dorp ligt zelf beklimmen. Bovendien wil je in zo’n busje natuurlijk ook niet gezien worden.

kathedraal-saint-bertand-de-comminges-dorp-frankrijk-plus-beaux-villages

De kathedraal is voor een groot deel Romaans en heeft een kloeke toren.

Na de ineenstorting van het Romeinse Rijk ging het snel bergafwaarts met de stad. In de vijfde eeuw waren het eerst de Vandalen die het hadden gemunt op de nederzetting, waarna ruim een eeuw later de Bourgondiërs het karwei af maakten en de stad compleet van de kaart veegden. Daarmee leek het verhaal van de stad ten einde.

Bouw kathedraal

Ruim vijf eeuwen zou hier niemand wonen, totdat in 1089 een ridder van de graaf van Toulouse werd benoemd tot bisschop van dit dorp. Ik heb niet kunnen achterhalen of dit een misselijke grap was om de betreffende ridder te pesten want hij werd feitelijk bisschop van een ruïne. Deze Bertrand L’Isle-Jourdain liet zich echter niet kisten en liet een kathedraal bouwen naar Romaans model. Daar liet hij het niet bij, want geen kathedraal is compleet zonder een klooster. Het moge duidelijk zijn dat het dorp naar hem is vernoemd toen hij het eenmaal tot heilige had geschopt.

Kennelijk was men in die tijd niet vergeten dat op deze plek een belangrijke Romeinse stad had gestaan want het was gebruikelijk om een bisschopszetel te vestigen in een voormalig Romeins bestuurscentrum. De katholieke kerkprovincies zijn ook nu nog bijna dezelfde als de oude Romeinse provincies. In dit geval is het wel opmerkelijk dat er werd gekozen voor een stad waar al eeuwen niemand woonde.

Pelgrims

De keuze om de zetel van de nieuwe bisschop juist hier te vestigen had nog een andere reden. De stad lag namelijk op één van de pelgrimsroutes naar Santiago de Compostella. En die was in de Middeleeuwen uiterst populair. De oude Romeinse weg vanuit Narbonne naar het westen van Spanje was de Route du Soleil van de elfde eeuw en liep pal langs de nieuwe kathedraal. Dit gaf de bisschop niet alleen prestige en macht maar de duizenden pelgrims gaven ook een economische basis voor de nieuwe nederzetting.

Bertrand koos als plek voor zijn kathedraal de top van de heuvel die boven de Romeinse stad uitkeek. Hierdoor waren de gebouwen niet alleen makkelijk te verdedigen maar tevens was de kerk voor de naderende pelgrims al van kilometers afstand te zien. Het werd al snel een pleisterplaats waar je veilig kon overnachten. Saint Bertrand de Comminges was eigenlijk een grote aire op de weg naar het belangrijkste heiligdom van West-Europa. Je vraagt je af hoe Hazeldonk er over tien eeuwen uit zal zien.

Het moet in de straatjes van het dorp in die tijd een drukte van belang zijn geweest met herbergen, eethuisjes en ander vertier. Als je nu door het dorp loopt, heb je maar weinig fantasie nodig om je dit voor te stellen.

Houten toren

De toren van de kathedraal van Saint Bertrand de Comminges in Frankrijk

De klokkentoren van de kathedraal heeft een houten dak.

De kathedraal zelf is een interessant gebouw. Het pleintje voor de kerk, dat door de zware toren wordt gedomineerd, is gezellig druk. De top van de toren is van hout, waardoor het de indruk geeft van een vestingstoren zoals je die in Carcassonne ook wel ziet. Vroeger werden wel meer kerktorens van hout gemaakt, maar door de kwetsbaarheid van het materiaal voor de bliksem, zijn deze bijna allemaal vervangen door een stenen exemplaar. Waarom deze kerktoren nog van hout is, weet ik niet. Aan de voet van de Pyreneeën kan het flink onweren, iets waar we over mee kunnen praten. Het lijkt mij sterk dat de torenspits door de eeuwen heen nooit is geraakt door de bliksem of het opperwezen zou persoonlijk moeten waken over deze kerk. Dat is natuurlijk niet uitgesloten.

De kerk vormt overigens nog steeds een onderdeel van de eerder genoemde pelgrimsroute. Steeds meer mensen lopen deze route in zijn geheel of gedeeltelijk en sta niet raar op te kijken als je pelgrims tegen het lijf loopt. Deze zijn te herkennen aan een wandelstok en een schelp aan hun rugtas.

Boven de deur is er een fraai timpaan met als thema de aanbidding van de wijzen. Binnen valt je als eerste een enorm orgel op. Gezien de vele aanplakbiljetten van een concert die in het dorp hingen toen wij er waren, wordt deze kennelijk ook regelmatig gebruikt.

Via Facebook liet Laird Evert G. Davelaar, een organist, weten dat het orgel inderdaad best bijzonder is. Het is een indrukwekkend instrument met 40 stemmen, voor een kerk van deze omvang is dat fors. Zelfs een Bourdon 32 voet. Gezien de dispositie zal het ongetwijfeld indrukwekkend klinken. Oud is het orgel echter niet. Orgelmaker Swiderski bouwde het in 1981, weliswaar in de oude, 17e eeuwse orgelkas, zodat het uiterlijk hetzelfde bleef. Het verbaast mij daarom niet, dat er regelmatig concerten in de kerk zijn. Jean Pierre Swiderski is als orgelmaker gevestigd in Parijs. Naast nieuwbouw restaureert hij ook oude Franse orgels.

kerk-pelgrim-saint-bertand-de-comminges-dorp-frankrijk-plus-beaux-villages

Zo nu en dan kom je nog een pelgrim tegen. Ze zijn te herkennen aan de houten staf met daaraan een schelp gebonden.

Fraai is het houtsnijwerk van de koorbanken in het midden van de kerk. De vensters in het koor vertellen verhalen uit het Nieuwe en Oude testament. Iets wat je toch wel verwacht in een kerk. Bijzonder aardig is de crypte waar je afbeeldingen uit het Roelandslied kunt ontdekken. Deze middeleeuwse superheld stierf in de Pyreneeën toen hij de aftocht van het leger van Karel de Grote dekte tegen de Moren of ander knoflooketend volk. Dat moet hier toch vlakbij gebeurd zijn.

Klooster

Tegen de zuidkant van de kerk is het klooster gebouwd. Vooral de kloostergang is bijzonder omdat het aan één kant open is, waardoor je een prachtig uitzicht hebt op de besneeuwde bergen.

Zoals bij veel dorpjes in het zuiden van Frankrijk het geval is, zijn ook in Saint Bertrand de Comminges de afgelopen eeuw veel kunstenaars neergestreken. Er zijn dan ook veel ateliers en galeries in de gezellige straatjes te vinden met zeker geen onaardige kunst.

Na ons bezoek aan het dorpje, besloten we een late lunch te nuttigen op de picknickplaats die even voor het dorp ligt. Daar wachtte ons nog een mooie verrassing, want naast een prachtig uitzicht op het dorp, staat er midden in het veld nog een grote kerk. Bij nadere bestudering bleek dit de Basilique Saint-Just de Valcabrère te zijn. Een gebouw uit de elfde eeuw dat is opgebouwd met restanten van oude Romeinse huizen. Ik had er nooit van gehoord, maar het staat daar wel heel mooi te wezen. Even stoppen daar en als je eten bij hebt is het een perfecte plek voor een picknick.

Saint-Bertrand-de-Comminges

Het stadje vanaf een afstand. | Foto: Michael Kroese