Tips voor een bezoek aan het kasteel van Versailles
Doordat het paleis vlakbij Parijs en het hele jaar erg druk is met toeristen moet je gewoon maar accepteren want een bezoek voor iedere Frankrijkganger een absolute must.
Hier vind je de mijn tips als je het paleis wilt bezoeken.
Het kasteel is meer dan alleen het gebouw. Versailles is een complex van gebouwen, tuinen en parken. Je kan gewoon gaan en maar zien waar je zin in hebt en kijken waar je uit komt. Deze manier werkt voor mij meestal prima maar Versailles is zo groot en bovendien heel druk dat het handig is om iets te plannen. Dan is het handig om te weten wat er is te zien.
Openingstijden
Paleis: elke dag 9.00 – 18.30
Maandag gesloten
Tuin: elke dag 7.00 – 20.30
Gratis toegang behalve tijdens watershows
Grand en Petit Trianon: 12.00 – 18.30
Maandag gesloten
Koninklijke stallen: 12.30 – 18.30
Kasteel van Versailles
Koop je tickets online
Omdat iedereen door de beveiligingscontrole moet kun je niet alle rijen ontwijken maar je komt toch een stukje sneller binnen als je al kaartjes hebt online gekocht. Reken op een wachtrij van een half uur als je al een kaartje hebt gekocht, minstens het dubbele als je dat niet hebt.
Je kunt een kaartje gewoon met je smartphone kopen want je hoeft ze niet te printen. Wij kochten onze kaartjes de avond voordat we Versailles bezochten. Het duurt maar een paar minuten en je kan dus nog kaartjes kopen als je al bij het paleis bent. Kinderen uit de EU onder 26 (!) jaar mogen gratis naar binnen.
Ontwijk de drukte
Voor zover dat mogelijk is want het is behoorlijk druk in het kasteel van Versailles. Hier zie je echt hordes toeristen die massaal met bussen worden aan- en afgevoerd. Zo mochten wij in bepaalde vertrekken niet te lang stil staan omdat het anders te druk werd. Om dit een beetje te ontlopen doe je er goed aan om vroeg voor de deur te staan, om 9 uur dus.
Laat op de dag kan ook. Rond 16.30 rijden de meeste bussen weer weg en is het er een stuk rustiger. Begin je bezoek met een wandeling door de tuin om daarna de binnenkant te bekijken.
Zondag en in mindere mate dinsdag zijn de drukste dagen. Als je naar binnen wilt kan je die dagen beter vermijden.
Plan je bezoek
Als je Versailles wilt zien vanaf Parijs doe je er goed aan om de ambitie niet te hoog te zetten. Je kan alles zien in één dag maar dan moet je wel je best doen. Je kan ook een dagdeel besteden en kiezen wat je wilt zien en de rest laten voor een volgende keer. Versailles is niet zo heel ver en de kans is groot dat je er nog wel een keer in de buurt bent.
Grofweg kun je Versailles indelen in de volgende onderdelen:
Binnenkant van het kasteel
Dit is de kern van Versailles. Dit zijn de officiele vertrekken zoals de slaapkamer van de koning, de ontvangstruimte, de kapel en natuurlijk de beroemde spiegelzaal. Dit is het gedeelte waarvoor de busladingen met toeristen worden uitgelaten dus hou er rekening mee dat dit heel erg druk kan zijn.
De tuin
De tuin van Versailles, of beter park. Dit gedeelte is openbaar (=gratis toegang) en je kan er heerlijk wandelen. Saai is het nooit want er is van alles te zien. Allereerst natuurlijk de beroemde fonteinen en de talloze beelden maar er is ook een Orangerie, een enorme vijver in vorm van een kanaal en tal van lusthoven.
De ‘kleine’ paleizen
Grand Trianon, the Petit Trianon en Hameau de la Reine. Zelfs voor een koning was Versailles zo nu en dan iets te groot en trok hij zich terug in een klein paleis in de tuin. In de achttiende eeuw kwam er nog één bij en helemaal raar is dat er een klein ‘boeren dorpje’ is gebouwd waar de koningin met haar hofdames zich als boerin kon terugtrekken. Dit is een misschien wel de vreemdste plek van heel Versailles.
Koninklijke stallen
Paardenliefhebbers opgelet want dit zijn de grootste stallen die ooit zijn gebouwd. Het zijn twee gebouwen met daarin een museum met koetsen, prachtig beeldhouwwerk van François Girardon en een rijschool. Bovendien is alles gratis te bezoeken! De stallen bevinden zich tegenover het kasteel aan de linkerkant als je met je rug naar de ingang staat.
Het centrum van Versailles
Versailles was voor de komst van het paleis een klein dorp en dat is bij de bouw van het kasteel helemaal met de grond gelijk gemaakt. Daarvoor kwam een gehele nieuwe stad en daarmee één van de eerste steden die in één keer is gepland. Toen de Verenigde Staten een nieuwe hoofdstad bouwde stond Versailles daarvoor model. Er staat een bijzonder aardige kerk en er is een gezellig overdekte markt.
Openbaar vervoer
Versailles ligt dichtbij Parijs en is aangesloten op het metro netwerk van de stad. Het station bij het kasteel heet Gare de Versailles Château Rive Gauche en daarvoor moet je de RER C lijn hebben. Dit is feitelijk geen metro maar een trein die stopt op verschillende grote stations in het centrum zoals Museé d’Orsay en Champs du Mars Tour Eiffel.
Foto’s en selfies
Bij veel toeristische trekpleisters mag te tegenwoordig geen foto’s maken. Ik snap eigenlijk nooit waarom maar het is gewoon maar zo. In het paleis van Versailles mag je wel gewoon foto’s maken maar er zijn wel beperkingen. Je mag geen flitser gebruiken én selfiesticks zijn verboden. Dat zijn gelukkig voorwaarden waar we best mee kunnen leven.
Parkeren
Het paleis is prima te bereiken met een auto maar parkeren is wel een lastig dingetje. Zondag kan je gratis parkeren op de openbare weg maar dat is tegelijk de drukste dag. Hou dus rekening dat je auto stallen geld kost. Op het voorplein van het kasteel is er een parkeerplaats maar die is wel snel vol en moet je dus vroeg bij zijn, of na 16.00 uur wanneer er veel mensen weer vertrekken. In Versailles zelf is een parkeergarage op een kwartier lopen.
Picknick
In Nederland picknicken we eigenlijk nooit maar in Frankrijk heel erg vaak. Helaas is het verboden om te picknicken in de tuin van Versailles. Er is wel een speciale picknick plek maar dat is niet echt een aanrader. Wil je toch lekker in de open lucht eten ga dan naar de koninklijke moestuin en loop door naar het mooie Parc Balbi.
Als je ver van het paleis bent bij het Grand Canal kan het ook wel weet ik uit ervaring.
E-Magazine
In bezit een ereader of tablet? Download dan één van de E-Magazine. Deze lees lekker je op je vakantieadres en ontdek je mooiste dorpen en leukste plekken.
Kaart van Tips voor een bezoek aan het kasteel van Versailles en omgeving
Les plus beaux villages de France weergeven op een grotere kaart
In de buurt van Tips voor een bezoek aan het kasteel van Versailles
Paleis van Versailles: het Franse wereldwonder ****
Verloren in de ruimte
Het gebouw is bijzonder groot maar je hebt nooit het gevoel dat je als mens volledig verdwijnt in de ruimte dat ik bijvoorbeeld wel heb op het plein tussen de wolkenkrabbers van La Défense.
Hoe kan dit? Er spelen hier een aantal factoren een rol. Het begint al als je het gebouw nadert vanaf het voorplein. Het kasteel ligt iets hoger en neemt je gehele gezichtsveld in beslag. Echt heel erg groot dus maar door het hoogteverschil ‘zakt’ het paleis iets in de grond en dankzij de opbouw van het gebouw krijgt je blik direct grip op het bouwwerk waardoor je je niet verloren voelt.
Het centrale deel van de voorgevel ligt wat dieper met daarvoor een plein dat aan drie kanten bebouwd is. Dit plein is niet zo heel erg groot en voelt zelfs als je er staat een beetje intiem aan.
Vanaf veraf kijk je als bijna vanzelf naar dit centrale gedeelte dat verder naar achter ligt ten opzichte van de rest van de gevel. Dit gedeelte heeft iets van een natuurlijke voordeur van het immense paleis en vormt ook de kern van het gebouw. Hier stond het oorspronkelijke jachtslot en hier bevinden zich de slaapkamers van het koninklijk paar. De gevel hiervan is zelfs best bescheiden.
Natuurlijk heeft het de nodige versiering en zijn er prachtige materialen gebruikt maar het is niet heel groot. Ik zou ook iedereen bij een bezoek aan raden om op het pleintje vlak voor deze gevel te gaan staan. Het is aan drie kanten bebouwd en heeft zwart witte tegels waardoor het een intieme karakter van een patio heeft.
Om hier te komen met je eerst door de ijzeren poort waar een veiligheidscontrole is ingericht. Die duurt niet lang maar het geeft je de kans om even de ijzeren hek te bewonderen. Daarna wordt je geleidt naar de linkervleugel waar de ingang is. Deze is makkelijk te herkennen aan de rij met toeristen want binnen is er nog een uitgebreidere controle waar je je tas moet achterlaten.
Maar voordat dat je daar bent ga je eerst nog over het plein voor de as van het gebouw. Je hebt de neiging om automatisch in de rij aan te sluiten maar doe dat niet. Ga even op de zwart en witte tegels staan en laat het gebouw op je inwerken om de sfeer te voelen.
Eenmaal binnen loop je over de begane grond door het gedeelte van het oude jachtslot dat verrassend klein en sober is uitgevoerd. Hier bevinden zich wat kleinere kamers waaronder de appartementen van de dochter van Lodewijk XV.
De Koninklijke kapel
Het echte spektakel begint op de eerste verdieping die je via de trap bereikt. Als eerste wordt je langs de kapel geleidt die bewonderd kan worden vanaf de vestibule. Het woord kapel is hier niet echt van toepassing, het is gewoon een kerk en een mooie ook. De kerk is gebouwd in het laatste deel van het leven van Lodewijk XIV en is geïnspireerd op de Sainte Chapelle in Parijs. De kerk heeft net als die in Parijs dan ook twee verdiepingen.
Geheel in koninklijke stijl is hij gewijd aan de naamgenoot en voorganger van de Zonnekoning; Lodewijk IX de heilige. Ook hier zijn de verhouding perfect en is het versierde plafond dat de aandacht trekt. De schilderingen hebben de heilige drie-eenheid als thema. Als goed katholiek woonde Lodewijk XIV hier elke dag ’s ochtend de mis bij.
Kamer van Hercules
Het volgende vertrek draagt de naam van de klassieke held Hercules waar vreemd genoeg een groot schilderij hangt genaamd ‘De maaltijd van Simon’, een scene uit het nieuwe testament. Het schilderij is een cadeau van Venetië aan de Franse koning. Aan de andere kant hangt een schilderij van Hercules wat de naam van de kamer verklaard.
In deze grote kamer sta je voor het eerst tussen de rijkdom van materialen waarmee het paleis is gebouwd en het hoge niveau van de decoraties. Het is hier druk met toeristen en ik moest even wennen aan de overdaad aan versieringen. Ik wist echt niet waar ik moest kijken want de vertrekken van het paleis hebben ongelofelijk veel details.
Het is overweldigend maar vreemd genoeg wen je hier snel aan. In de eerste kamers sta je echt te duizelen maar je hersenen beginnen al snel te filteren en zijn de andere kamers, die net zo rijk versierd zijn, niet zo overweldigend meer, op één na dan want er is hier nog een overtreffende trap.
Galerij van kamers
De volgende kamers liggen naast elkaar en omdat de deuren aaneengesloten liggen vormen ze zijn soort galerij. Ze zijn allemaal prachtig maar ook stampvol en wij werden door de suppoosten gevraagd om niet stil te staan. Dat is toch wel een beetje jammer en dus ik trok mij er niet veel van aan.
Na deze kamers maak je een bocht en bevind je je in de oorlogskamer. Deze heeft als thema de oorlogsoverwinningen van Lodewijk XIV. Historisch gezien zou het dan niet eens zo grote kamer hoeven te zijn want de man heeft veel oorlogen gevoerd maar hij is niet de geschiedenis in gegaan als een groot veldheer. Hoewel de oorlogskamer interessant is wordt de aandacht echter direct getrokken naar de kamer die zich achter de deur bevind; de spiegelzaal.
De spiegelzaal: enorm smaakvol
De spiegelzaal is het juweel van het kasteel en misschien wel de meest bekende zaal ter wereld. Hij is ruim 73 meter lang en dat is genoeg om twee zaalhockeyvelden achter elkaar te leggen, al zou een potje zaalhockey hier wel een kostbare aangelegenheid worden. De kamer is adembenemend mooi.
Naast de prachtige decoratie speelt het licht in de zaal een grote rol. Overdag zorgen de grote ramen aan de tuinkant voor daglicht dat wordt gereflecteerd door de spiegels aan de andere kant van de zaal. Zo lijkt het net of er aan twee kanten ramen zijn.
Het doet mij denken aan de burgerzaal in het Paleis op de Dam die aan twee kanten daglicht heeft. Het zou mij niet verbazen als de architect hier door geïnspireerd is. Het gebouw in Amsterdam is uit dezelfde eeuw en gold toen als een meesterwerk, wat het ook is al vergeten we dat wel eens. ’s Avonds zorgden de kaarsen in de kroonluchters voor het licht dat door het geslepen glas en de spiegels maximaal werd verspreidt.
De zaal dankt zijn naam aan de spiegels die in de tijd van de bouw verschrikkelijk duur waren. Tijdens de bouw heette de zaal nog gewoon nog Grande Galerie, een naam die de lading goed dekt trouwens. Pas later werd het omgedoopt tot spiegelzaal. De zaal is gebouwd bij de laatste grote verbouwing van Versailles onder Lodewijk XIV. Daarvoor was er op deze plek een groot balkon met in het midden een fontein waar feesten werden gegeven en toneelstukken werden opgevoerd. Zoals je op de foto kan zien is het hier druk, maar de zaal is daar op gebouwd.
Tijdens het koninkrijk was de zaal eigenlijk een verbindingszaal naar de vertrekken van de koning maar bij speciale gelegenheden werd het gebruikt als ontvangst-, dans- en feestzaal en dat moet een prachtig geweest zijn. Voor het oog tenminste want het is bekend dat in de achttiende eeuw het niet zo goed gesteld was met de hygiëne waardoor de geur in het paleis overweldigend moet zijn geweest en dan niet in de positieve zin.
Koninklijke vertrekken
Na de spiegelzaal kom je in de privé vertrekken van de koning. Deze zijn niet zo overweldigend als de spiegelzaal maar zeker interessant. In de eerste kamer gebruikte de koning zijn maaltijden.
Nu zou je denken dat de koning met zijn edelen gezellig met elkaar gingen eten maar ook voor het eten had de Zonnekoning golden strikte regels. Van Lodewijk XIV is bovendien bekend dat hij meer dan een gezonde eetlust had; de man at verschrikkelijk veel.
Daarmee staat hij in een middeleeuwse traditie waarin machtige mannen het meest eten om zo hun mannelijkheid te onderstrepen. Zo zijn er verhalen van Karel de Grote (800) dat hij elke dag een kraanvogel, drie schouderstukken, één kapoen en drie kippen at terwijl hij op dieet was. En ook nu begrijpen wij dit onmiddellijk want volgens de reclame zijn echte mannen altijd bezig met grote hompen vlees op een grote barbecue waarbij oerbier wordt gedronken uit grote glazen. Al hebben deze tegenwoordig geen pruik op maar een grote baard die ze een uur per dag moeten verzorgen, wat niet zo mannelijk overkomt.
Na de eetkamer kom je langs de slaapkamer van de koning. Ook deze is weer rijk versierd en ook deze is helemaal ingericht volgens de tradities van het hof. Hier begon om klokslag acht uur de dag in het paleis als de koning opstond. Na het opzetten van de pruik arriveerden de eerste edelen die de ceremonie mochten meemaken en dat was een enorme gunst aan het of. Het aankleden van de koning kon wel twee uur duren waarbij de edelen hun mond moesten houden.
Galerij der veldslagen
De laatste grote zaal die je bezoekt is de Galerij der veldslagen. Dit is een lange zaal die pas in het begin van de negentiende eeuw is gemaakt, dus honderd jaar later dan de Zonnekoning. Tijdens Lodewijk XIV waren hier appartementen voor de edelen. Als je goed kijkt is dit ook duidelijk te zien want de zaal is meer een museum dan een koninklijk vertrek en dat is ook precies waarom hij is gemaakt.
Na de revolutie en het keizerrijk van Napoleon kreeg het kasteel de functie van een museum en deze zaal vertelt de Franse geschiedenis aan de hand schilderijen van de grote veldslagen. Of beter aan de hand van Franse militaire overwinningen. Verloren veldslagen zoals die bij Poitiers of Waterloo zijn hier niet te vinden. Hoe nationalistisch kan je het krijgen.
Ondanks de nationalistische inslag en dat de schilderijen niet barsten van de creativiteit en vakmanschap heb ik mij hier uitstekend vermaakt. Als je een beetje op de hoogte bent van de Franse geschiedenis is het leuk om langs de enorme schilderijen te lopen en te zien hoe het negentiende-eeuwse Frankrijk zijn eigen geschiedenis zag.
Geschiedenis van het kasteel van Versailles
Wij hebben het kasteel het Loo in Apeldoorn en zo zijn er talloze voorbeelden in Europa. Maar hoe is zo gekomen dat een gehucht werd omgetoverd tot het centrum en voorbeeld voor de wereld?
Dorpje Versailles
Aan het einde van middeleeuwen was Versailles een klein dorp twintig kilometer ten westen van Parijs. De plaatselijke heer had goede connecties aan het hof en om deze relaties een beetje te onderhouden gebruikte hij zijn landhuis voor jachtpartijtjes. Bij deze feestjes was ook de jonge koning Lodewijk XIII wel eens aanwezig en kennelijk beviel het koning het daar wel want later kocht hij zelf in Versailles 350 hectare jachtgrond en liet er een bescheiden jachtkasteel bouwen.
Zijn opvolger, Lodewijk XIV, pakte het allemaal wat voortvarender aan. De stad Parijs vond hij maar niets; het stonk er geweldig en hij had een jeugdtrauma opgelopen bij een oproer waar het volk bijna zijn slaapkamer was binnengedrongen. ‘Dat nooit meer’ moet hij gedacht hebben.
Bouwproject
Nu had hij net als zijn voorgangers zich aan de Loire bij Blois kunnen vestigen maar dat was kennelijk niet zo zijn ding. Hij wilde iets nieuws en liet zijn oog vallen op het kleine jachtkasteel in Versailles. Het begon met wat aanpassingen maar zoals het gaat met verbouwingsplannen kwam van het één van het ander. Zo moest er een mooie tuin komen, leuke stallen voor de paarden en ruimtes voor de regering want het land moest worden geregeerd vanuit het kasteel. Daarbij had de koning ook last van voortschrijdend inzicht; er werd nog weleens wat afgebroken wat een paar jaar daarvoor net was gebouwd.
Al snel bleek dat het dorp in de weg lag en dus werd het gesloopt. Daarbij heb je bij Lodewijk XIV het idee dat hij de inwoners gewoon liet wegjagen en klaar, maar zo is het niet helemaal gedaan. De dorpelingen kregen eerst een reëel aanbod op hun eigendom. Iedereen die daarna toch bleef zitten werd met zachte dwang verwijderd.
Tijdens het leven van Lodewijk XIV is het paleis drie keer op grote schaal uitgebreid. Pas in de laatste verbouwing is de spiegelzaal toegevoegd. Op de plek waar de beroemde zaal nu is was vroeger een enorm terras waar toneelvoorstellingen werden geven waarin de koning zelf vaak meedeed in de rol van Apollo. De rol van de zonnegod heeft hem de bijnaam de zonnekoning opgeleverd.
Tijdens de vele verbouwingen is het oude jachtkasteel altijd herkenbaar gebleven en ook nu nog is het nog goed te herkennen als centrum van het hele complex. Als je vanaf de straatkant het kasteel nadert wordt je haast vanzelf naar dit oudste stukje aangetrokken. Hier bevindt zich op de eerste etage de koninklijke slaapkamer en als je op de zwart en witte tegels op het pleintje daarvoor staat krijg je goed een idee hoe het karakter van het oude jachtslot was.
Waarom eigenlijk zo’n groot paleis?
Het paleis was een huzarenstukje van Lodewijk XIV die daarmee op verschillende manieren zijn macht liet zien. Natuurlijk begint dat met het formaat; ook nu begrijpen wij onmiddellijk dat de bewoner van een groot huis belangrijk is. Lodewijk ging echter veel verder in Versailles.
Als je Versailles wilt begrijpen moet je beseffen dat de absolute macht van de Franse koning zoals Lodewijk XIV die had niet vanzelfsprekend was. De eeuwen daarvoor was de koning van Frankrijk slecht de eerste onder zijn gelijken. Het kwam ook wel eens voor dat aantal gelijken rijker en machtiger waren dan de koning zelf. Denk bijvoorbeeld aan de hertogen van Normandië, van Anjou of van Bourgondië. Deze machtige mannen hebben meer dan eens hun wil aan de koning opgelegd en het land verdeeld.
Lodewijk XIV voelde er niets voor om een speelbal van de edelen te zijn en gebruikte Versailles om te heersen over zijn edelen. Hier werden de baantjes en privileges uitgedeeld en zo werden de edelen gedwongen om zich in Versailles te vestigen en zich te schikken in de gebruiken en tradities die de koning in rap tempo bedacht.
Hertogen en graven die twee of drie generaties daarvoor de koning nog hun wil konden opleggen moesten nu blij zijn dat ze in de rij mochten staan om te zien hoe de koning zich omkleedde. Zo waren er honderden tradities en gewoontes aan het hof die allemaal er op gericht waren om de edelen eronder te houden.
Lodewijk XIV is de bekendste koning maar niet de laatste koning die Versailles bewoonde. Zijn achterkleinzoon en opvolger Lodewijk XV regeerde Frankrijk ook vanuit dit paleis en liet het ook verbouwen maar lang niet ingrijpend als zijn voorganger. Zijn grootste bijlage is het Petit Trianon en liet daarachter een Engelse landschapstuin aanleggen en dat is ook een zeer geslaagd project.
Ook de laatste Franse koning voor de Revolutie zetelde in het paleis. Lodewijk XVI gaf het Petit Trianon aan zijn koningin Marie-Antoinette. Zij liet in de buurt van het kleine paleis een klein theater, een boerendorpje en een tempel der liefde bouwen. Prachtige werkjes die er er nog altijd staan en is vandaag één van de attracties in het park.
Franse Revolutie
De Franse Revolutie maakte een einde aan het koninkrijk Frankrijk. De koning en koningin werden door een woedende menigte op 5 oktober 1789 hier opgehaald en in Parijs gevangen gezet.
Later werd het koninklijk paar onthoofd en daarmee was Versailles zijn voornaamste bewoner en functie voorgoed kwijt. De revolutionairen verkochten de inboedel maar lieten het gebouw en de tuin vreemd genoeg vrijwel ongemoeid.
Napoleon
Ook Napoleon deed niets met Versailles. Hij begreep heel goed dat Versailles symbool stond voor onderdrukking van de absolute koningschap en liet het kasteel links liggen. Jaren gebeurde er niets tot in 1833 Louis Philippe er een museum van maakte. Hij liet de linkervleugel verbouwen met een zaal ter glorie van de geschiedenis van Frankrijk. Een interessante galerij met enorme schilderijen met de militaire geschiedenis van Frankrijk.
Vrede van Versailles
Na de revolutie was Versailles nooit meer de zetel van het staatshoofd maar was nog wel twee keer het toneel van grote gebeurtenissen in de wereldgeschiedenis. Beide had iets met oorlog en Duitsland te maken.
In 1871 versloeg Pruisen Frankrijk in een korte maar bloedige oorlog en werd in de spiegelzaal het tweede Duitse Keizerrijk uitgeroepen. In 1919 werd op dezelfde plek de vrede ondertekend van de Eerste Wereldoorlog en bezegelde daarmee het einde van het Duitse Keizerrijk. Deze vrede was geen lang leven beschoren en zoals bekend was het één van de vele oorzaken van de Tweede versie van de wereldoorlog.
Nu is het kasteel van Versailles een museum en is met meer dan vijf miljoen bezoekers tot de grootste toeristische attracties van Frankrijk. Zo nu en dan gebruikt de Franse president het paleis voor een staatsbanket als een ander staatshoofd op bezoek komt.
Het kasteel van Versailles: de tuin van de koning *****
Misschien niet de makkelijkste opdrachtgever maar aan de andere kant was wel veel mogelijk. Zo zouden er tijdens de bouw van het kasteel en de tuin dagelijks 35.000 mensen aan het werk zijn. Bijna onenige mogelijkheden dus, en dat is ook nu nog te zien.
Fonteinen
De tuin is bekend om zijn fonteinen. Lodewijk was dol op water en in de tuin zijn dan ook een veel fonteinen te bewonderen en allemaal van zeer goede kwaliteit.
Om deze allemaal van water te voorzien werden aquaducten en kanalen aangelegd vanaf de Seine. Een vernuftig stelsel van buizen en pompen zorgt ervoor dat de fonteinen werkt. Wonderlijk genoeg is het hele systeem uit de tijd van Lodewijk XIV voor het grootste deel in tact en voorziet het de fonteinen nog altijd van water.
Het resultaat van de strakke regie van de koning mag er wezen en waar we nog altijd van kunnen genieten. De tuin is formidabel groot, heeft geweldige fonteinen, prachtige beeldhouwwerken, een kanaal, verborgen grotten, waterpartijen, theaters, talloze lusthoven en nog veel meer. Dit maakt het park achter Versailles een perfecte plek om een wandeling te maken.
De tuin bevindt zich vanzelfsprekend achter het paleis en om daar te komen moet je bij het hek door de veiligheidscontrole, daarna hou je links aan om bij de tuin te komen. Deze is zo ingericht dat je automatisch naar het terras achter de achtergevel loopt. Je kan ook direct linksaf naar de Franse tuin en de Orangerie. Dit is een prachtige strenge Franse tuin én overdekte gangen waar ’s winters de kwetsbare planten uit de tuin worden bewaard. Achter de provincieweg ligt één van de grote waterbassins met daarnaast de moestuin van de koning. Deze laatste is nog altijd in gebruik.
De grootste tuin
Met zijn honderd hectare is de tuin van Versailles de grootste paleistuin van Europa. Het park werd in de zeventiende eeuw gebouwd en is ontworpen door André le Nôtre die hiermee een standaard zette. In bijna alle Europese hoofdsteden is wel een tuin te vinden uit de achttiende eeuw die is geïnspireerd op deze tuin. Bij ons niet in Amsterdam maar in Apeldoorn bij Het Loo.
Laat je dit alles links liggen en loop je vanaf de ingang rechtdoor dan kom op het centrale terras achter het paleis en daar heb je het mooiste uitzicht op de tuin. Draai je je om dat zie één van de mooiste gevels van Frankrijk. Vooral het centrale deel waar de spiegelzaal zich achter bevindt, is wonderlijk mooi. De verhoudingen van de barokgevel zijn zeer geslaagd en het beeldhouwwerk is subliem. De meute loopt hier door maar ik zou hier even de tijd nemen want dit is één van de plekken die Versailles zo ontzettend goed maken.
Het terras omvat twee grote vijvers natuurlijk opgefleurd door beelden die de grote rivieren van Frankrijk voorstellen. Leuk spelletje is om te raden welk beeld welke rivier voorstelt. Ik had er twee goed. Bij ons laatste bezoek was het erg koud en lag er een dun laagje ijs op de vijvers. helaas niet genoeg om op te schaatsen maar het was zeker een bijzonder gezicht. Loop je het terras af dan ontvouwd de tuin zich in volle glorie voor je voeten.
De tuin in volle glorie
Je aandacht wordt als eerste getrokken door de grote centrale laan die zich voor je voeten uitstrekt met in het midden het Grand Canal. De as van bijna drieënhalve kilometer wordt omgeven door bos. Vanaf deze plek kijk je naar het westen wat betekent dat de zon onder gaat in het verlengde van de lijnen van de tuin waarbij hij reflecteert in het water van het kanaal.
Het Grand Canal begint op ongeveer 750 meter en ligt lager dan het kasteel. Om daar te komen loop je een brede trap af waarna je in de tuin van Latone (Leto in het Grieks) komt. Latone was een godin die in een boze bui een aantal boeren veranderde in kikkers. Dit verhaal vormt het thema van de prachtige fontein die het midden van dit gedeelte van de tuin staat.
Fontein van Apollo
Latone was de moeder van de Apollo en dat was de favoriete Griekse god van Lodewijk XIV. Natuurlijk heeft deze god zijn een eigen fontein en die ligt tweehonderd meter verder aan het begin van het Grand Canal.
Persoonlijk vind ik dit één van de mooiste fonteinen in het park. Als je hem nadert lijkt het even dat het water te hoog staat. Maar dat is juist de bedoeling want hier komt Apollo om de nieuwe dag aan te kondigen en dat doet hij altijd terwijl hij uit de zee opstijgt.
Loop dus niet zomaar voorbij aan deze beelden maar bekijk ze goed want het is prachtig om te ontdekken hoeveel dynamiek deze beelden hebben. Je hoort bijna de trompetten schellen.
Achter Apollo begint het Grand Canal waar in de tijd van Lodewijk XIV zeeslagen werden nagespeeld. Nu kan je er een roeibootje huren. Wij hebben dat niet gedaan maar het lijkt mij wel leuk om een beetje te dobberen in de grootste vijver van de Franse koning.
Naast roeibootjes is het ook mogelijk om met een ’treintje’ te nemen, zijn er golfkarretjes en kan je er fietsen huren. Dat laatste is misschien wel de beste manier om het park te ontdekken.
Unieke stopplek
Wij zijn een aantal keren in de tuin van Versailles geweest en het was iedere keer fantastisch. In mijn jeugd was ik hier al met mijn ouders maar de eerste keer ‘op eigen kracht’ was als tussenstop op weg naar een gîte bij Blois. Het kasteel ligt namelijk niet erg ver van de snelweg en als je een stop van anderhalf uur of langer plant is het een unieke rustplek en rij je weer fris verder.
Anderhalf uur is veel te kort om de tuin helemaal te bekijken maar dat is helemaal niet erg. Dan blijft er wat over voor de volgende keer. De meest voor de hand liggende plek om je auto te parkeren is voor de deur van het kasteel. Dit kost je wel parkeergeld maar je bent gelijk waar je wilt zijn en dat is wel zo handig.
Lusthoven
Eén van de meest bijzondere zaken van de tuin van Versailles zijn de lusthoven, bosquets in het Frans, die verstopt liggen tussen de hoge heggen. Lodewijk XIV was er dol op en gebruikte deze open plekken voor allerlei activiteiten zoals staatsbanketten, concerten, dansfeesten en theatervoorstellingen. Voor de hovelingen in die tijd was dit verplichte kost en zo liet de koning zijn macht zien.
De meest bekende is misschien wel de balzaal. Dit is een danszaal in de open lucht die is gebouwd als een klein amfitheater waar een derde van de tribunes zijn vervangen voor watervallen. Oorspronkelijk was werd er gedanst op een eilandje maar dat is in de achttiende eeuw verdwenen.
Spectaculair is het watertheater dat aan de andere kant van de centrale laan ligt. Hier vormen een aantal vijvers
Vlakbij dit theater bevindt zich de ‘Grot van Apollo’ die zich qua stijl afwijkt. Zoals de naam al doet vermoeden staat hier een grot in een landschapstuin. Dit lusthof is dan ook later gebouwd toen de Engelse landschapstuin in de mode waren.
Er zijn nog veel meer van dit soort ‘kamers’ in de tuin te vinden. De eerste keer dat we een wandeling maakten door de tuin hadden dit pas door toen we terug liepen vanaf het Grand Canal. Hoewel een mooie verrassing hadden geen tijd meer om ze allemaal te zien.
Naast de lusthoven bevinden zich nog drie zeer bijzondere bouwsels in het park; twee grote paviljoens en een dorpje gebouwd waar de koningin in zich kon terugtrekken van het hofleven.
Deze staan verder in het park en daar is het karakter van de tuin ook anders. Direct achter het grote paleis is alles strak en streng, terwijl achterin er meer een landschap is met weides en stukken bos.